

Brendan Fraser speelt in Darren Aronofsky’s nieuwste film op weergaloze wijze een man met ernstige obesitas en eenzaam verdriet in een afgelegen huis in Idaho.
Schrijfdocent Charlie is geliefd onder zijn studenten, hoewel ze hem nooit hebben gezien. Hij geeft namelijk les via Zoom, maar nooit met de camera aan, waarvoor hij altijd wel een of ander smoesje heeft. De waarheid is dat Charlie een kluizenaar is met zware obesitas die zijn gezondheid ernstig bedreigd. In zijn afgelegen huis in Idaho rouwt hij om het verlies van zijn partner en krijgt alleen bezoek van een bevriende verpleegkundige, een evangeliste die langs de deuren gaat, en één keer van zijn nukkige en vervreemde tienerdochter. Als duidelijk wordt waar Charlies verdriet vandaan komt, wordt ook helder dat hij de volledige controle heeft over zijn lot.
Met deze bewerking van Samuel D. Hunters toneelstuk, met een kleine cast en sobere decors, heeft Darren Aronofsky een essentiële film van het coronatijdperk gemaakt, hoewel het project al veel eerder is ontstaan. Ondanks de soberheid is de film soms emotioneel en wreed, mede dankzij de beste rol tot nu toe van Brendan Fraser, die voor het eerst te zien is op IFFR.
Met thema's als verdriet, zelfacceptatie en fysiek ongemak verwijst het verhaal ook naar Moby Dick, de roman waar Charlie zo van houdt. Zoals altijd bij Aronofsky namen pers en publiek aanstoot aan The Whale, hoewel het misschien wel zijn barmhartigste en soberste film tot nu toe is.
Er zijn (nog) geen nieuwe data ingepland voor The Whale.